Verslag 1 BVV Masters

Gepubliceerd op maandag 04 juni 2012 09:04
Geschreven door Herman Brusselmans
Hits: 2869

( 36 Votes ) 

Waar gisteren in Gentbrugge al die oude wijven vandaan kwamen, dat laat zich makkelijk raden : in de voormiddag vielen ze gewoon met bakken uit de hemel. En al die oude mannen dan, hoor ik jullie al vragen. Het antwoord is heel eenvoudig, die waren er niet. Daar waren enkel jonge, knappe en prachtige mannelijke atleten te bespeuren. Alleen, ze waren allen verpakt in een lijf van minstens 35 jaar oud. En op die leeftijd krijg je helaas al eens af te rekenen met lichamelijke kwaaltjes. Een pijnscheut hier, weerbarstige spieren daar… Luc Vervynck zal het geweten hebben. Onze sterkhouder op de sprintnummers moest jammer genoeg op het laatst wegens kwetsuur forfait geven.

 

Problemen dus voor Rony Slos, selectieheer van dienst. Rony was echter in zijn jeugdjaren verzot op legoblokjes en het is dan ook niet te verwonderen dat hij later in de bouwsector zijn dagelijkse kost zou verdienen. Als bouwadviseur nog wel. Ter plaatse een ‘noodploeg’ in elkaar knutselen voor de masters interclub was dus eigenlijk nog een makkie.

 

Wat voor Rony geldt, is trouwens ook voor ieder van ons van toepassing : de kinderjaren bepalen in grote mate wat we als volwassenen zullen worden. Sommige kinderen hebben absoluut een blije jeugd gekend. Van ’s morgens tot ’s avonds liepen ze blij huppelend, dansend en springend rond. En dus gaan ze zich specialiseren in het springen, hoog en ver welteverstaan. Kurt Van Wynsberghe is in deze disciplines ‘top of the bill’ ! Tot 1,72 meter hoog in de lucht (goed voor een derde plaats) en net geen 6 meter ver (5,99m dus maar wel overtuigende winst), prestaties goed voor liefst 23 punten.

 

De moeder van sommige atleten kon eten klaarmaken waar zelfs Jeroen Meus jaloers van zou worden. Als zo’n mama riep ‘Komen eten !’ dan stoof je als de gesmeerde bliksem naar tafel. Niet meer dan logisch dat zulke kinderen enige sprinttalenten bezitten. Blijkbaar is coach Rony vroeger nog speelkameraadje geweest met Pascal Dooms, Jan Van Parys en Danny Dossche. En mocht hij toen meeschuiven aan tafel. Hoe verklaar je anders die geniale inval om te elfder ure de uitgevallen Luc te vervangen door deze drie snelle mannen ? Het leverde op de 100m, 200m en 400m alvast de nodige punten op.

 

Er waren destijds ook heel gelukkige ouders, zo gelukkig zelfs, dat ze twee identieke kindjes wilden ! En als het even kon, even begaafd in alles wat ze deden. Ten huize De Ketelaere waren ze bijzonder gelukkig. De broertjes Christophe en Peter zijn dan ook nauwelijks te onderscheiden, gelukkig draagt er eentje een bril. Maar lopen, dat doet ie zonder ! Verwarring alom dus bij tegenstanders en supporters. Waren ze nu dronken ? Of hadden ze een déjà-vu ervaring ? Onze mannen lieten het niet aan hun hart komen en finishten – zoals het een tweeling betaamt – als vierde en vijfde op de 3000m en de 5000m.

 

Maar lang niet alle kinderen hebben een gelukkige jeugd gekend ! Vooral in de ‘puber’tijd zijn velen opstandig en gooien met van alles en nog wat. U raadt het al, later worden dat mannen voor de werpnummers. Tom De Vreeze durfde naar verluidt al eens de messen op de grond werpen en specialiseerde zich daarna braafjes met de speer (34,39m). En Johan Van Gansbeke was ontegensprekelijk een héél lastig geval, dat ook borden en ander huisgerief door deuren en vensters liet zweven. Later werden dat iets beschaafdere tuigen zoals een discus (34,87m) of een 7,26 kg zware kogel (10,79m).

 

Echt ongelukkige kinderen worden nergens aanvaard. Als ze al eens worden aangesproken, dan is het iets in de aard van ‘Loop naar de maan’, of ‘Verdwijn zolang mogelijk uit mijn ogen’. Dat worden – hoe kan het ook anders – langeafstandslopers. Maar dan nog worden ze door iedereen verstoten. Marc Bultinck was dus opnieuw het kneusje, dat op de 1500m zowaar letterlijk van de piste werd geduwd. Enige schrale troost : wat puntengewin voor de club.

 

In allerijl timmerde Rony ten slotte nog een estafetteploeg in mekaar voor de 4 x 400m : Danny, Jan, Pascal en Filip van Cauwenberghe, een man over wiens verleden tot op heden weinig is geweten. De klus werd geklaard in 4min 4sec..

 

En zo eindigde het mannenteam tot grote opluchting van iedereen netjes op de zevende stek en verzekerde zich meteen van het behoud in de hoogste afdeling. Daar moest natuurlijk op geklonken worden. En al vlug bleek, dat die oude wijven waarvan sprake bij het begin van dit relaas, in feite echt wel knappe jonge deernes zijn. Die van Deinze werden trouwens voor de vierde keer op rij tweede ! Waarvoor een dikke proficiat vanwege ....